Oud-werknemer Jan Graafmans: ‘De draaierij was een ontzettend gezellige afdeling’

Jan Graafmans (53) uit Gilze werkte negentien jaar lang met veel plezier bij D’n Ericsson in Rijen. Van 1969 tot 1988 om precies te zijn. Als gevolg van problemen met zijn rug moest hij voortijdig afhaken en belandde hij in de WAO. Tot zijn grote spijt, want hij heeft altijd heel graag gewerkt.

“Als ze tegen me zouden zeggen, je mag morgenvroeg om zes uur naar de draaierij, dan zat ik om half zes al op de fiets. Ik zat altijd tot de oren in de olie – en dan bedoel ik natuurlijk niet de alcohol. Maar dat kon me niets schelen. Vuil kun je afwassen.”  “Heel wat keren hebben ze me met de fiets in de vrachtwagen van Ericsson naar huis gebracht. Omdat het niet meer ging. Tot het laatst ben ik het blijven proberen. Tot de personeelschef op een gegeven moment zei: ‘Zie je nou verdorie dat het niet meer gaat’. Zodoende ben ik toch in de WAO geraakt. Heel erg vond ik dat.”

Gemoedelijk
Het grootste deel van de tijd werkte Jan Graafmans in de draaierij. “Ik was daar wat ze tegenwoordig procesoperator noemen. Wij stelden de automatische draaibank in en bedienden die. De draaibanken maakten onderdelen van de kiesschijf en de stekkertjes die bij een telefoontoestel hoorden.” Wat hij uit die tijd nooit vergeten zal? Na even nadenken, zegt hij: “Die keer dat we met de werknemers die een muziekinstrument bespeelden een blaaskapel hebben gevormd. Om te vieren dat de, ik weet niet meer hoeveel duizendste telefoon van de band afkwam. Wat ik ook nooit zal vergeten is dat we tussen de middag buiten tegen de muur gingen zitten om onze boterham op te eten. Er is ooit iemand in slaap gevallen, zo relaxed was dat. Die hebben we overigens gewoon laten zitten. Hij schrok zich rot toen hij wakker werd.”

“Erg leuk was ook die keer in sinterklaastijd toen ik een jaar of zestien was en de jongste van de afdeling. Mijn collega’s hebben toen geld ingezameld om een surprise voor mij te kunnen maken. Een van hen verkleedde zich als sinterklaas en werd op de kruiwagen door de fabriek gereden. Zoiets zegt natuurlijk veel over de sfeer. De draaierij was een ontzettend gezellige afdeling.”

Op een gegeven moment werd de draaierij opgedoekt. “Ergens anders konden ze het goedkoper. Ik ging toen naar een andere afdeling. Maar dat was wel heel erg wennen hoor. Het was er allemaal een beetje strenger. Bij de draaierij werd hard gewerkt, maar toch ging het er gemoedelijk aan toe.” Eenmaal in de WAO heeft Jan niet lang meer contact met het bedrijf gehad. “Ik ben een of twee keer meegegaan met zo’n uitje voor oud-medewerkers. Maar daar voelde ik me niet echt bij thuis. Daar was ik gewoon te jong voor.”

Naar de tentoonstelling van de heemkring in ’t Oude Raadhuis is Jan wel gaan kijken. Jan: “Een heel mooie tentoonstelling. Mijn salarisbrieven lagen er nog. Ik vind het wel heel erg jammer dat ik indertijd niet op het idee gekomen ben om foto’s van de draaierij te maken. Want nu blijkt dat die er eigenlijk niet zijn.”

November 2007
MvH

Werknemers die een muziekinstrument bespeelden, vormden een blaaskapel. Jan Graafmans is
de man met de bolhoed, de trompet en de licht geruite blouse.

U kunt naar het volgende artikel ‘Oud-werknemer Piet Koks: “Al die oude toestellen die er staan, hebben we allemaal zelf gemaakt” of terug naar D’n Ericsson