10 juni 1940
Hard en ongenadig komt de klap aan. Duitse ingenieurs van de Bauleitung hebben hun intrek genomen in het nog nieuwe gemeentehuis in Gilze. Daar ontvouwen zij hun plannen. Plannen die het aanzien van de omgeving voorgoed en ingrijpend zullen gaan veranderen. Plannen die even rigoureus als fataal zijn, vooral voor de plaatselijke bevolking, met als uiteindelijk resultaat: een compleet nieuw vliegveld. Een vliegveld waarvoor alles zal moeten wijken. Nadat de landmeters hun werk hebben gedaan, verschijnen op het oude vliegveld de rupsvoertuigen die de versperringen uit de eerste meidagen opruimen. Bijna tegelijkertijd verschijnen er zeven grote grommende graafmachines die dwars over het terrein grote diepe grachten beginnen te graven.
Dan gebeurt ook een van de ergste dingen die een mens kunnen overkomen. Hij wordt uit zijn huis en van zijn land gestuurd zonder dat hij er ook maar iets aan kan doen. Het huis waar je geboren bent, waar de herinneringen uit je jeugd vanuit elke hoek nog steeds op je afkomen. Dat dierbaar plekje grond waar jij je eerste stapjes zette, waar je getroost werd als je viel en waar je gespeeld hebt. Waar vreugde en verdriet onmiskenbaar mee verbonden zijn. Je wordt er af gestuurd als een hond. Erger nog, de gewassen die je met veel liefde hebt ingezaaid en verzorgd krijgen geen tijd tot volle bloei te komen, ze moeten groen gemaaid worden of worden ondergeploegd.
De eersten die aan de beurt komen zijn het café van Jac. Tuijtelaars en de woning van Jan Broers. Mevrouw Tuijtelaars kan nog net haar verjaardag, 15 juni, in haar eigen huis vieren. Onder degenen die volgen, Jos Verhoeven en Adr. van de Corput. Het zijn slechts enkele namen, want in totaal worden in Gilze, Hulten en Rijen niet minder dan 27 huizen afgebroken en 11 in beslag genomen, waarvan de meeste later ook worden gesloopt. Toch is één huis duidelijk de dans ontsprongen, namelijk dat van Jan Wouters, hetwelk ook op het huidige vliegveld nog steeds een belangrijke taak vervult. Maar als een tank walst het noodlot over vele gezinnen, daarbij totaal geen rekening houdend met de belangen van deze eerlijke hardwerkende Nederlandse burgers. Ook de prachtige beuken aan de weg Tilburg-Breda, geplant in de tijd van Napoleon, worden gerooid. Overal in de omgeving van het vliegveld gonst het van de activiteiten.
(uit Vijf jaar Luchtfront, zie ook onze webwinkel)
Terug naar: ‘Oorlogsjaar 1940’