De kerktoren van Molenschot ligt in het verlengde van de oost-westbaan van het vliegveld. Dat gaf tijdens de Tweede Wereldoorlog problemen. De bezetter gaf opdracht de torenspits vijftien meter in te korten. Hierdoor verdween de spitse toren voorgoed uit het beeld van Molenschot.
Veiligheid was en is voor een vliegveld een belangrijk gegeven. Honderden witte lichten geven daarom duidelijk de begrenzing van een landingsbaan aan. Voor elke baan afzonderlijk kunnen ze worden ontstoken. Groene lichten markeren het begin van de baan en bij het einde staan rode lampen. Die laatste vind je ook op alle hoge obstakels op en om het vliegveld.
In Gilze waren dat tijdens de oorlog de kerktoren, de watertoren, het raadhuis en de molen van Fr. Hoevenaars aan de Oranjestraat. In Rijen kreeg de schoorsteen van Lederfabriek Noord Brabant een rode lamp.
Het juiste aanvliegtraject naar elke baan werd aanvankelijk gemarkeerd door een rij lampen op houten (telefoon) palen; één lamp op elke tiende paal tot twee kilometer in het verlengde van de baan. Later, eind november 1940, werd elk ‘Iichtpad’ ruim vijf kilometer lang gemaakt en liepen deze in zes richtingen tot ver buiten de grenzen van het vliegveld.
Foto: De St. Annakerk van Molenschot in 1915 met de toren zoals die er tot medio 1942 uitzag.
Foto: De Molenschotse torenspits, zoals in medio 1942 ingekort. De toren ziet er tot op de dag van vandaag nog zo uit.
Bron: Vijf jaar luchtfront, deel twee
Terug naar: ‘Oorlogsjaar 1942’